Netto schulquote
In het collegewerkprogramma hebben wij als aandachtspunt de schuld(quote) genoemd.
Voor de definitie van onze schuld gebruiken wij dezelfde definitie als het BBV gebruikt. De wetgever heeft bepaald dat de berekening van de nettoschuldquote volgens die definitie één van de financiële kengetallen voor gemeenten is. Daarbij moeten we zowel terug- als vooruitkijken.
Wij hebben in de paragraaf Weerstandsvermogen en risicobeheersing van de MPB 2017-2020 ijkpunten voor enkele (wettelijke) kengetallen aangewezen. Daaronder waren ook die voor de (gecorrigeerde) nettoschuldquote. U heeft die ijkpunten geaccepteerd.
De definitie van de gecorrigeerde nettoschuldquote is:
(onderhandse leningen + overige vast schuld + kortlopende schuld + overlopende passiva - langlopende uitzettingen - overige beleggingen - kortlopende (debiteuren)vorderingen en uitzettingen - liquide middelen - overlopende activa)/totaal van de inkomsten op de exploitatiebegroting.
In de tabel hieronder ziet u de gecorrigeerde nettoschuldquote volgens de begroting en volgens de werkelijkheid.
Jaar | Begroting | Rekening | Waarde ijkpunt | Categorie provincie | |
---|---|---|---|---|---|
Begroting | Rekening | ||||
2014 | niet van toepassing | 129% | niet van toepassing | niet van toepassing | B |
2015 | 123,3% | 94,95% | Niet van toepassing | C | B |
2016 | 104,73% | 101,43% | Matig | B | B |
2017 | 89,92% | nog niet bekend | Goed | A | nog niet bekend |
De nettoschuldquote is veel beter geworden. Zoals u in de balans en deze paragraaf kunt zien, zijn de schulden behoorlijk afgenomen. Daarnaast hebben de hogere baten een positieve invloed op dit kengetal.